Interview D.T. Barlagen
In het NRPS-Nieuws dd. april 2000, het officiële blad van het Nederlandse Rijpaarden- en Ponystamboek, staat een interview met de heer D.T. Barlagen. Na een enorme staat van dienst in zowel paardensport als fokkerij bekleedt hij nu op bijna 80-jarge leeftijd nog vooraanstaande functies zoals jury d'appel bij Indoor Brabant en algemeen adviseur van het NRPS. De heer Barlagen zegt in het interview: "De werkpaarden functioneerden ook als rijpaarden, maar mijn vader was één van de eersten die met "bloed" ging fokken ..... Met de kruisingsproducten fokten we ook verder en in de dertiger jaren produceerden wij al wat ze nu bij het KWPN fokken ..... Door de jaren heen is steeds weer gebleken dat juist de F1-kruisingen in de sport niet te overtreffen zijn. Maar om steeds opnieuw F1-kruisingen te kunnen produceren, moet er ook zuiver fokmateriaal beschikbaar blijven, niet alleen Arabisch en Engels volbloed, maar ook het basismateriaal met weinig of geen "bloed". Ze hadden na de omschakeling tot sportpaard eigenlijk een premie moeten geven aan fokkers, die Groningers met Groningers dekten, om het oude bloed te behouden....."
Zoöloog geen Ginus
Ondanks het niet voldoen aan het verrichtingsonderzoek in Ermelo werd het internationale springpaard Ginus in het najaar 1999 toch goedgekeurd als KWPN-dekhengst. En terecht! Het Ginus-effect is echter van korte duur geweest, want in In de Strengen dd. 10-2-2000 pag. 49 staat dat nakomelingen van het internationale dressuurpaard Zoöloog (en KWPN-topvererver van internationale dressuuraanleg) zullen worden geregistreerd in het register B.
Het is dezelfde methode als bij Hurricane, waarmee door het KWPN een glorieuze terugkeer in de fokkerij wordt tegengegaan.
Röntgenen
Tijdens een informatie-avond van KWPN-afdeling "Het Zuiden" dd. 29-2-2000 door de bekende dierenarts Hofland uit Bodegraven zette deze zijn talrijke toehoorders/toeschouwers op veel punten aan het denken o.a. door te wijzen op het verband tussen veterinaire zaken en het gebruik van het paard in de praktijk.
Een van die punten was: Paarden met platte hoeven hebben veelal voor het straalbeen een röntgenklasse 0-1 en paarden met veel verzenen een röntgenklasse 2-3. Paarden met platte hoeven vallen echter in de springsport uit als het zwaarder wordt, terwijl paarden met goede verzenen dan doorgaan.
Zie over de waarde van röntgenfoto's ook:"Kreupele kansen"
KWPN-organisatiestructuur
De Ledenraad van het KWPN wordt teruggebracht van 34 naar 24 leden. Gaat het KWPN daardoor beter functioneren?
Zie ook "Eerlijkheid en openheid en KWPN" dat t.b.v. de desbetreffende ledenraadsvergadering dd. 22-2-2000 is geschreven. De ledenraad wil echter van wantoestanden aangaande het functioneren van het KWPN niets weten.
Maakt het dan nog veel uit of er 34 of 24 of helemaal geen ledenraadsleden zijn?
Goochelen met indexen
De nieuwe KWPN-indexen over 1999 worden binnenkort weer berekend. Daarbij is niet zo zeer van belang wat de paarden aan prestaties hebben geleverd, maar vooral wat er wel/niet wordt meegeteld (bijvoorbeeld internationale sportprestaties) en hoe het een en ander wordt gewaardeerd.
In 1994 is bij de berekening het diermodel ingevoerd, waarbij niet alleen de prestaties van de kinderen maar ook van de overige familie wordt meegeteld. Dit heeft tot grote veranderingen in de indexen geleid. In 1997 is er echter nog een wijziging doorgevoerd die tot nog veel grotere veranderingen in de indexen heeft geleid.
hengst | 1993 | 1996 | 1997 | |
Aktion | 138 | 152 | 188 | dressuur |
Doruto | 146 | 118 | 209 | dressuur |
Ramiro | 116 | 110 | 153 | dressuur |
Animo | 140 | 130 | 178 | springen |
Legaat | 129 | 112 | 105 | springen |
Recruut | 110 | 102 | 156 | springen |
Abgar | 131 | 112 | springen | |
Lucky Boy | 139 | 113 | springen |
De laatste indexen van Abgar en Lucky Boy zijn van 1995. Zijn deze hengsten hiermee overgewaardeerd of ondergewaardeerd? Of met andere woorden zouden ze, als ze in 1997 nog in de indexberekeningen hadden meegedaan, de neergaande lijn van Legaat hebben gevolgd of de opgaande lijn van Recruut.
Het betreft allemaal indexen met een hoge betrouwbaarheidsgraad op basis van grote aantallen paarden. Het gaat hier dus niet om plotselinge verschillen in de prestaties van enkele paarden, maar om de manier waarop er wordt gegoocheld. Wie controleert de goochelaar en de wijze waarop deze "appels en peren" optelt/waardeert?
Gegoocheld wordt er niet alleen bij het berekenen van de indexen, maar ook met de toepassing ervan. Zie prikkeldraad 08-03-1998. Naast mijn daar gemaakte opmerkingen geven ook de KWPN-indexen van 1997 en 1998 een extreem hoge index aan voor de vererving van springaanleg door Recruut. De KWPN-hoofdinspecteur heeft dus in zijn artikel de hengst Recruut in alle opzichten volledig ten onrechte afgebrand (en dit nooit gerectificeerd). Waarom? Om diens Gelderse moeder?
KWPN-puinhoop
Het artikel "Gekuip en Gekonkel in de paardenfokkerij" in Vrij Nederland dd. 28 augustus 1999 heeft er blijkens het hoofdredactionele commentaar in De Hoefslag met name toe geleid dat de Rabobank als hoofdsponsor van het KWPN ermee gestopt is.
In het artikel in Vrij Nederland worden 4 zaken expliciet genomed 1) de zaak Guldenberg, 2) de uitroeiing van het Gelders paard, 3) de rare gang van zaken bij de benoeming van nieuwe bestuursleden en 4) het ondemocratisch functioneren van bestuur en directie van het KWPN.
De feiten over de zaak Guldenberg zijn bij de KWPN-fokkers even onbekend als die over het Gelders paard. Over beide zaken is door het KWPN alleen onjuiste informatie gegeven via In de Strengen en is de waarheid zorgvuldig verborgen gehouden. Over de incorrecte benoeming van bestuursleden en de niet meer van deze tijd zijnde bestuurscultuur is nooit iets gepubliceerd in In de Strengen; zelfs de vice-voorzitter van het KWPN wilde of mocht daartoe geen gebruik maken van het stamboekblad.
Over de zaak Guldenberg geef ik in het kort de mij bekende meest relevante feiten.
Het absurde handelen van het KWPN ten aanzien van de fokkerij van het Gelders paard wordt heel duidelijk uit mijn (door het KWPN nog steeds verboden) stuk "Red het Gelders Paard".
Over de inteelt bij het benoemen van bestuursleden en het weinig open functioneren van het bestuur vindt u meer informatie in ingezonden stukken van de heren Liefhebber en Van den Broek dit voorjaar in De Paardenkrant.
Wat moet er wel gebeuren bij het KWPN, en wat zeker niet? Hierover binnenkort meer in Prikkeldraad-nieuws.
KWPN-sportindexen
Het KWPN is begonnen met het opstellen van indexen voor de vererving van internationale sportprestaties, waarbij de prestaties van paarden slechts tot 8-jarige leeftijd werden meegeteld. Na protest hiertegen is deze leeftijdsgrens vervallen.
Wat echter door het KWPN nooit bekend gemaakt is, is dat nu bij de berekening van indexen de internationale sportprestaties nog niet worden meegeteld.
Mijn "indexen" in Nederlands Prestatiebloed (gebaseerd op uitsluitend internationale prestaties) zijn daarom betrouwbaardere indexen voor de vererving van internationale sportprestaties dan de indexen van het KWPN, die nog steeds de voornaamste relatie met de praktijk missen.
Zoöloog topvererver KWPN-dressuurpaarden
Van alle sinds de oprichting van het (K)WPN geboren veulens is er één
met een volledig Gelderse afstamming als dekhengst goedgekeurd voor de
rijpaardrichting. En het is van alle rijpaardhengsten de beste vererver van
dressuuraanleg gebleken. Ondanks de geringe kansen die hij in de fokkerij
heeft gekregen.
Het betreft hier de hengst Zoöloog (Gondelier keur Sgldt x Flaneur Sgldt).
Vanwege zijn geringe aantal dekkingen is Zoöloog naar Amerika verkocht,
waar hij zelf een van de meest succesvolle internationale dressuurpaarden
werd.
Uit zijn 4 dekjaren in Nederland zijn van Zoöloog 49 veulens geboren,
waarvan er momenteel in ieder geval 3 in de internationale dressuur worden
uitgebracht. Dit zijn
Met 3 internationale dressuurpaarden uit 49 nakomelingen is Zoöloog
veruit de beste dressuurvererver van het hele KWPN.
De miskenning van Zoöloog in de KWPN rijpaardfokkerij heeft alles te
maken met het vooroordeel t.a.v. het Gelders paard, dat volgens het KWPN
minder geschikt zou zijn als rijpaard.
Kwaliteit jurering dressuurpaarden
Door De Paardenkrant en In de Strengen wordt openlijk getwijfeld aan de
beoordelingskwaliteiten van de internationale dressuurruiters Robert Dover
en Ellen Bontje, die bij de 4-jarige rijpaarden het enige Gelderse paard
als nationaal kampioen dressuurpaard hebben aangewezen. De Paardenkrant dd.
26-8-1998 schijft daarover: "De Amerikaan Robert Dover en Ellen Bontje bepaalden
voor 80% de uitslag en de jury op de grond slechts voor 20%. Daardoor kwam
het basispaard Mariena (
Als de ruiter-juryleden Robert Dover en Ellen Bontje wél dressuurpaarden
kunnen beoordelen en terecht de Gelderse merrie als veruit het meest
getalenteerde dressuurpaard hebben aangewezen, wat zegt dit dan over
juryleden-te-voet die het blijkbaar heel anders zien?
Internationale Gelderse dressuurpaarden in Amerika
Van de beste 200 internationale dressuurpaarden in de World Breeding Rankings
Dressage over de periode 1-10-1997 tot 11-5-1998 zijn er 40 KWPN gefokt.
Dit is een mooi resultaat voor het KWPN. Het succes voor het zeldzame Gelders
KWPN-paard is echter nog veel groter want van deze 40 paarden voeren 22 paarden
minstens 50% Gelders bloed en slechts 18 minder.
Van deze 22 paarden zijn er 3 met 100% Gelders bloed en hebben er bovendien
9 rechtstreeks een Gelderse vader of moeder, terwijl daarnaast 10 paarden
door het Gelders bloed van vaders- en moederskant op te tellen op 50% of
meer Gelders bloed uitkomen. De 3 KWPN-paarden met 100% Gelders bloed bevinden
zich alle in Amerika. Het zijn:
Amora, volle zuster van de goedgekeurde Gelderse hengst Galant (Theoloog x Hoogheid pref Sgldt), fokker D. v.d. Velden te Groessen.
Exakt, (Vosmaer x Staalmeester NWP), fokker J. Ashton Moore te U.S.A.
Een flinke hoeveelheid Gelders bloed is dus duidelijk een plus-punt voor
het KWPN-dressuurpaard. Zie voor fokkerijresultaten ook de percentages bij
Nederlands
prestatiebloed.
De hoofdinspecteur van het KWPN, de heer Van der Veen, heeft desondanks voor
de voorzitster van de Afdeling Gelders Paard een brief dd. 10 juni 1998 aan
de fokkers opgesteld waarin staat:
"Tevens is de fokrichting rijpaard dermate gespecialiseerd dat de fokonzuivere
kruisingsprodukten van Gelders x rijpaard voor deze fokrichting wellicht
als gebruikspaarden goed zullen functioneren doch als fokmateriaal minder
interessant zijn."
Op grond van welke wijsheid??
Ongenoegen over hengstenverrichtingsonderzoek
Het verrichtingsonderzoek voor aankomende dekhengsten staat momenteel aan
veel kritiek bloot. Er moet een evaluatie komen van de wijze waarop dit wordt
uitgevoerd. Door sommige hengsteneigenaren wordt geroepen om een "eigen"
KWPN-verrichtingsjury in plaats van de topruiters die nu de beoordeling t.a.v.
de rijpaardeigenschappen hebben uitgevoerd. Maar wat is er "eigen" aan een
eigen KWPN-jury en waarin is deze betrouwbaarder en voor wie?
Een evaluatie van het hengstenverrichtingsonderzoek moet beginnen met de
evaluatie van het nut ervan, maar deze vraag mag nog steeds niet gesteld
worden. Dat deze vraag wel zinvol is wordt weer aangetoond door In de Strengen
van 2 juli 1998: op pag. 16 staat dat het internationale dressuurpaard Heruto
na afloop van het verrichtingsexamen niet ingeschreven werd als dekhengst
en op pag. 58 staat dat het internationale springpaard Ikoon werd aangewezen
voor het verrichtingsonderzoek maar de stamboekinschrijving niet wist te
halen.
"Is het dure verrichtingsonderzoek zijn geld wel waard? Heeft het geen enkele
voorspellende waarde? Kunnen dezelfde of betere resultaten op een goedkopere
wijze worden verkregen?"
Dat zijn de vragen die beantwoord moeten worden. Zo lang er geen duidelijk
positief resultaat is aangetoond (na 30 jaar verrichtingsonderzoek) is er
maar één logische conclusie: STOPPEN!!
KWPN-röntgenonderzoek waardeloos
Het röntgenonderzoek waaraan het KWPN een paar jaar geleden nog 3 ton
heeft bijgedragen is waardeloos omdat de uitgangspunten niet deugen. (zie
In de Strengen van 26 maart 1998 pag. 26-29). Zelfs als uit ander onderzoek
gegevens zouden komen die aansluiten bij het eerdere KWPN-onderzoek is dit
geen kwestie van toenmalig wijs beleid maar van dom geluk.
Al eerder is m.b.t. de sesambeentjes
wetenschappelijk aangetoond dat röntgenfoto's hier niets zeggen over
de kans op kreupelheid en al enkele jaren wordt hierop bij de hengstenkeuring
niet meer geselecteerd.
In het KWPN-fokbeleid wordt aan röntgenfoto's een zeer hoge prioriteit
toegekend bij de selectie. Dit gaat wel ten koste van selectie op andere
punten en leidt tot een achterstand t.o.v. andere stamboeken die daar wel
voorrang aan geven bv. Holstein t.a.v. springaanleg; uit deze kleine fokkerij
worden nog steeds zeer veel dekhengsten goedgekeurd door het grote KWPN,
terwijl het omgekeerde niet het geval is.
Selectiecriteria kunnen daarom alleen zinvol zijn als ze absoluut bewezen
zijn en een directe relatie hebben met het gebruik in de praktijk. Zo'n
selectiecriterium t.a.v. gezondheid is een afstamming met (voor)ouders die
tot op hoge leeftijd kerngezond zijn gebleken. Dit selectiecriterium uit
de Gelderse fokkerij staat haaks op het KWPN-fokbeleid, dat beweert dat de
jongere generaties paarden beter (moeten) zijn dan de vorige o.a. op grond
van de selectie via röntgenfoto's. Wanneer echter zou blijken dat paarden
tot op hoge leeftijd presteren ondanks slechte röntgenfoto's, zegt dit
niets over de kwaliteit van de paarden maar alles over de waarde van
röntgenfoto's.
Onrust zaaien
In een ingezonden brief in In de Strengen dd. 9-4-1998 pag. 58 beklaagt drs.
P. den Hartog, jarenlang veterinair adviseur van de hengstenkeuringscommissie,
zich over bovengenoemde publicatie in In de Strengen. Hij noemt het artikel
"Een storm in glas water" en schrijft:"Prof. Dik heeft in woord en geschrift
altijd gewezen op het feit dat de klinische keuring minstens zo belangrijk
is als de röntgenologische keuring bij het voorspellen hoe groot de
kans is dat een paard kreupel gaat worden..... Een keurende dierenarts zal
daarom nooit alleen aan de hand van een röntgenfoto voorspellen hoe
groot de kans is dat een paard kreupel gaat worden: hij weet al lang dat
dat niet kan."
De heer Den Hartog is het wel helemaal eens met de bagatelliserende woorden
van de hoofdinspecteur t.a.v. het artikel over röntgenonderzoek en vindt
dat het artikel van In de Strengen dd. 26-3-1998 alleen geplaatst had kunnen
worden nadat de resultaten van het door de schrijvers aangekondigde nieuwe
onderzoek bekend zijn.
Hier ben ik het absoluut mee oneens, want dit nieuwe onderzoek duurt nog
jaren, maar wat veel erger is: zoals bij zo veel andere zaken is door het
KWPN het röntgenologisch onderzoek als een absolute waarheid gepropageerd
- zonder bovenstaande relativerende woorden van prof. Dik - waardoor de bezorgde
fokkers en kopers in grote getale met hun paarden naar de door veel dierenartsen
aangeschafte dure röntgenapparatuur zijn gestroomd. Dit noem ik onrust
zaaien en in stand houden (zie ook Prikkel-draad nieuws dd. 3-8-1997).
Als de publicatie van het artikel in In de Strengen dd. 26-3-1998 te maken
heeft met het beleid van de nieuwe hoofdredacteur dan wil ik hem er voor
prijzen dat hij de waarheid niet verdoezelt. Veel KWPN-fokkers zijn mondig
genoeg om zelf hun conclusies te trekken, waarbij een gezonde twijfel t.a.v.
de KWPN-deskundigen zeker op zijn plaats is, maar die maken het er ook naar.
Internationale dressuurverervers
Het KWPN telt nog steeds appels en peren bij elkaar op en berekent zo de
index voor de prestatievererving van de hengsten, zonder eerst bewezen te
hebben dat er een directe relatie bestaat tussen prestaties op het
beginnersniveau en internationale sportprestaties.
Via de pagina op internet van de Amerikaanse Afdeling van het KWPN kwam ik
bij een overzicht van de Sport Horse Owners and Breeders Association. Hieruit
blijkt dat de beste verervers van internationale dressuurpaarden in Amerika
de KWPN-hengsten Volckmar en Uniform zijn, zowel wat het aantal internationale
dressuurpaarden betreft als ook het gemiddeld door hen behaalde score. Deze
hengsten zijn beide F1-producten uit een volbloed vader en een Gelderse moeder.
In de gepubliceerde top-tien kwam verder geen KWPN-hengst meer voor.
Waarom publiceert het KWPN niet een dergelijk overzicht van de vererving
van internationale sportprestaties? Een beetje reclame maken voor het Gelders
bloed mag toch wel.
Prestatievererving
Johan Heins in De Hoefslag dd. 18-12-1997 p. 84: "De betere paarden komen bijna altijd uit bloed dat het KPWN helemaal niet propageert. Ze komen uit een tuigpaardmoeder of de vader is afgekeurd, noem maar op. Wat de springpaarden betreft geldt dat voor acht van de tien."
De beste dressuurvererver van Amerika is momenteel de KWPN-hengst Wanroy, waarvan de grootmoeder van vaderskant een Groninger modelmerrie en de grootmoeder van moederskant een Gelderse kroonmerrie is. (Zie internet http://www.sport-horse.org/dressagesires2.html). De tweede KWPN-gefokte hengst in deze ranking is de 75% Gelderse hengst Taxateur.
Hoofdinspecteur G. van der Veen in In de Strengen van 26 februari 1998 p.
14-15:
"Recruut blijkt in het verrichtingsonderzoek in 1978 een zeer getalenteerd
sportpaard te zijn. Met 182 punten, het hoogste aantal ooit behaald, torent
hij met kop en schouders boven zijn jaargenoten uit. Voor karakter en
vrij-springen krijgt hij zelfs een 10. Een echte Marco Polo, uitmuntend in
de specialiteiten van zijn vaders vererving......... In de nafok van Recruut
doet de Gelders afstamming van moederszijde zich gelden. Alhoewel zijn
nakomelingen meer aanleg hebben voor het springen, weet Recruut geen
bovengemiddelde vererving van springaanleg te realiseren."
Alsof de hoofdinspecteur niet weet dat: 1) het Gelderse paard een uitmuntend
karakter heeft, 2) de F1-producten de beste KWPN-sportpaarden zijn en 3)
de hengsten met 50% of meer Gelders bloed voor het internationale niveau
de beste KWPN-prestatieverervers zijn, incl. Recruut. (Zie: Evaluatie Nederlands
Prestatiebloed).
In dezelfde In de Strengen p. 27 staat: "Winneke Bruil uit Huppel liet, gezeten
op Glamour (Zoöloog x Eufraat) zien, dat dressuurrijden tot en met de lichte
tour heel goed gaat met een Gelders paard."
Alsof ze bij In de Strengen niet weten dat de Gelders gefokte hengst Zoöloog
zelf onder Tom Vaulter heeft geschitterd op de Pan-Amerikaanse kampioenschappen
dressuur en dat de Gelderse hengst Eufraat als moedersvader de beste
dressuurvererver ter wereld is.
Internationale KWPN dressuurpaarden
Tijdens de hengstenkeuring op 5 t/m 7 februari 1998 in 's-Hertogenbosch werd een dressuurdemonstratie gegeven door Guylla Dallos met de 16-jarige hengst Aktion. Het KWPN dat trots is op deze hengst vermeldde er weer niet bij dat het hier een 75% Gelders/Gronings paard betreft.
In een van de informatiestands bij de hengstenkeuring was de laatste lijst
(tot 5-1-1998) van de World Breeding Rankings Dressage verkrijgbaar. Hieronder
volgen de KWPN-gefokte paarden op deze lijst, met vóór de naam
de plaats op deze lijst van de 154 beste dressuurpaarden ter wereld en achter
de naam het percentage Gelders/Gronings bloed.
Ondanks het feit dat de laatste 20 jaar bijna geen paarden meer worden gefokt
met 50% of meer Gelders/Gronings bloed bestaat bijna tweederde (13 van de
21) van deze KWPN-dressuurpaarden nog uit dergelijke paarden die niet
overeenkomstig het KWPN-beleid zijn gefokt.
Onderstaande lijst vormt dan ook een compliment voor de zelf denkende fokkers.
WBFSH-dressage plaats naam % Geld/Gron 6. Cocktail 6,25 9. Olympic Barbria 50 10. Askari 12,5 42. Aktion 75 45. Biraldo 25 47. Arnoldo Thor 50 63. Foltaire 25 63. Fledermans 25 77. Amora 100 86. A Ha 50 86. Zindar 25 91. Amber 75 129. Cidor 50 129. Condor 75 133. Caesar 25 136. Duvon 25 143. Ramar 75 143. Dikkiloo 100 150. Chapelle 50 152. Dakota 50 154. Atlantis 50
1998: Homepage KWPN op internet
De homepage van het KWPN geeft m.b.t. de Gelderse fokkerij dezelfde onjuiste
informatie als jaren overal uit de KWPN-voorlichting naar voren komt. Niet
zo zeer door wat er wel staat alswel door hetgeen consequent wordt weggemoffeld
nl. de grote waarde van het Gelderse bloed voor internationale sportprestaties.
Het Nederlandse sportpaard heeft internationaal in de verste verte niet meer
het niveau van 20 jaar geleden en nu komen in verhouding tot het aantal geboren
paarden wel heel erg veel internationale KWPN-sportpaarden nog direct uit
Gelders/Groninger bloedlijnen.
Via het blad van de Stichting Zeldzame Huisdieren vernam ik dat er begin
1998 een Europese regeling komt, waardoor iemand met een landbouwbedrijf
jaarlijks in aanmerking komt voor een subsidie van 265 gulden per Gelders
paard.
Een dergelijke subsidie voor het in stand houden van het Gelders paard als
zeldzaam huisdier zou niet nodig zijn als het KWPN eerlijke en objectieve
voorlichting gegeven had over de positieve eigenschappen van het Gelders
paard niet alleen voor recreatie maar ook voor internationale sportprestaties.
Wie zet bij het KWPN de knop om naar eerlijke voorlichting, want een halve
waarheid is.....
L'Invasion
Het artikel over L'Invasion in In de Strengen dd. 18-12-1997 pag. 23-26 maakt
duidelijk hoe gevaarlijk het is om buitenlands bloed in onze fokkerij grote
kansen te geven, alvorens op bescheiden schaal te hebben uitgetest of er
bij een hengst geen kwalijke erfelijke eigenschappen onder het (zichtbare)
oppervlak verborgen liggen.
Bij L'Invasion is de Gelderse fokkerij in dit opzicht eenmalig in de fout
gegaan en het is een geluk bij een ongeluk dat zijn nakomelingen de harde
selectie op landbouwbedrijf nog hebben meegemaakt, waardoor uiteindelijk
alleen de positieve punten in de fokkerij zijn overgebleven.
Alle andere belangrijke stamvaders in de Gelderse fokkerij zijn in het begin
door de fokkers met argwaan bekeken en hebben pas op latere leeftijd - toen
hun vererving in de Nederlandse fokkerij bekend was - veel waardering gekregen.
Dit betreft zowel vóór de tweede wereldoorlog Domburg en Colonel
als daarna Normann en Amor.
Heeft het KWPN uit het dure opfokken en beleren van veel waardeloze nakomelingen
van L'Invasion iets geleerd t.a.v. het inzetten van buitenlands bloed??
Hengstenverrichtingsonderzoek Ermelo 70% duurder
Voor 1997 zijn door het KWPN de kosten voor het verrichtingsonderzoek hengsten
begroot op 148.000 gulden; voor 1998 bedraagt dit 250.000 gulden (zie In
de Strengen dd. 16-10-1997 pag. 33).
Ook voor de tuigpaardfokkerij blijken de resultaten van dit geld verslindende
onderzoek een groot fiasco. De bekende hengstenhouder Berend van de Brink
zegt hierover:"Voor mezelf heb ik de gegevens van het verrichtingsonderzoek
over de gehele Ermelo-periode op een rijtje gezet..... Deze verplichting
is voor de tuigpaarden dan ook de meest dure en minst betrouwbare die men
uit zou kunnen denken..... Van de twaalf keer zijn de fokkers dus tien keer
op het verkeerde been gezet als ze achter de verrichtingstopper aan hebben
gerend" (zie De Paardenkrant dd. 22-10-1997 pag. 6).
Waarom zwijgt het KWPN hierover en wil het wel 70% méér gaan
betalen voor het hengstenverrichtingsonderzoek?
Voor de resultaten in de rijpaardfokkerij zie ook Prikkel-draad nieuws dd.
27-9-1997:"Wereldkampioenschap jonge paarden 1997."
Succes-story 75% Gelders paard
Het wereldkampioenschap jonge paarden 1997 bevestigt nog eens dat de
KWPN-fokkerij de vooraanstaande positie in de internationale paardensport
is kwijtgeraakt omdat het de kwaliteiten van het Gelderse paard en het Groninger
paard niet waardeert. Tegen de verdrukking in blijft het Gelders/Groninger
bloed zich echter bewijzen. Dit geldt met name voor de 75% Gelders/Groninger
dekhengsten. Deze voeren daarnaast alle 25% volbloed of dat van Marco Polo
(volbloed x Trakehner). Bij bloedverruiming voor de Gelderse fokkerij dient
hiermee dan ook terdege rekening te worden gehouden.
Er zijn over heel de wereld verspreid tien 75% Gelders/Groninger hengsten
goedgekeurd voor de fokkerij, die "toevallig" allemaal internationaal presteren
of hebben gepresteerd en in de meeste gevallen ook al hebben bewezen dit
te vererven. Dit zijn:
Bij het wereldkampioenschap jonge paarden 1997 werd bij de 5-jarigen de eerste
plaats ingenomen door een zoon van Wolfgang en waren bij de 6-jarigen twee
van de 10 eerste plaatsen voor kinderen van Wandango en Avontuur.
Het complete KWPN was bij de 5-jarigen, 6-jarigen en 7-jarigen in totaal
zes keer bij de eerste tien vertegenwoordigd. Hieronder waren zowel de kampioen
van de 5-jarigen als van de 7-jarigen (die ondanks vele jaren ander KWPN-beleid
nog een hengst met 75% resp. 50% Gelders/Gronings bloed als vader hebben).
De Grote Prijs bij dit wereldkampioenschap werd bovendien gewonnen door een
paard met 50% Gelders/Gronings bloed.
De teamwedstrijd voor stamboeken werd gewonnen door Zweden, met in twee van
de drie paarden het bloed van Irco Marco. In de Strengen dd. 2-10-1997 pag.
11 vermeldt hierover:"Via een omweg was het KWPN, dat geen team op de been
bracht, toch vertegenwoordigd."
Wereldkampioenschap jonge paarden 1997
In de Paardenkrant van 27-9-1997 pag. 3 zegt Paul Hendrix: "Fokken is simpel
en bestaat nauwelijks uit toevalligheden. Dat Kigali, de zoon van Finesse
hier met overmacht wint is geen toeval, dat is fokkerij".
In 1995 heeft Kigali als driejarige deelgenomen aan het
hengstenverrichtingsonderzoek, maar is daarna niet goedgekeurd als
KWPN-dekhengst. Over de wel goedgekeurde hengsten staat in In de Strengen
van 24-5-1995 pag 23: "Super-springjaargang. Het is mooi als je meer dan
een handvol specialisten aan de fokkerij kunt toevoegen. Het is ronduit
schitterend als je met de pedigree in de hand kunt roepen: logisch dat die
paarden zo goed zijn, zo zijn ze ook gefokt".
De hengst Kigali hoorde daar niet meer bij. Welke hengsten die toen wel zijn
goedgekeurd hebben vergelijkbare prestaties geleverd in de sport?
Lees nog eens rustig mijn hoofdstukje over de waarde van het
hengstenverrichtingsonderzoek.
UTV-dagen 1997: tuigpaarden
Er zijn bijna geen zuiver Gelderse tuigpaarden meer, vanwege het jarenlang
promoten van hackneybloed. Desondanks kwamen de naar de UTV afgevaardigde
tuigpaardmerries voor 70% uit een zuiver Gelders gefokte moeder, zowel in
de rubriek 3-jarige stermerries als bij de 4 t/m 7-jarige keurmerries. Slechts
30% had een moeder met meer of minder hackneybloed. (Totaal 27 moeders zonder
en 11 met hackneybloed).
Omdat door de juryleden overal in den lande de beste paarden zijn geselecteerd
zonder daarbij op Gelders bloed of hackneybloed te letten, is dit resultaat
een debacle voor de "hackneyboy's". Die proberen nu weer via de import van
het American Saddlebred Horse het tuigpaard te "verbeteren" in plaats van
via selectie binnen het eigen Gelderse bloed.
Het is dan nog beter om een goed tuigtypisch hengstveulen met wat
KWPN-rijpaardbloed (zie foto Centrale Keuring Zuid-Holland in In de Strengen
van 9-8-1997 pag. 11) op te fokken voor dekhengst dan hengsten met een hier
volslagen onbekende bloedopbouw kansen te geven in de fokkerij.
Veterinaire problemen
Jaren geleden werd in Noord-Brabant door de toenmalige afdelingsinspecteur zeer streng geselecteerd op losse knieën. Veel paarden werden op grond daarvan geweigerd voor stamboekinschrijving. In Noord-Brabant werden enkele jaren later al geen losse knieën meer geconstateerd ..... maar in de rest van Nederland ook niet.
In de Strengen dd. 24-7-1997 p.29 schrijft Prof. Dik, Vakgroep Radiologie, Faculteit der Diergeneeskunde: "De geleidelijke verbetering van de hoefkatrolkwaliteit in de KWPN populatie, bereikt door hengsten met een matige straalbeenkwaliteit niet meer in te zetten voor de fokkerij, pleit er voor deze wijze van beoordeling in de komende jaren voort te zetten bij driejarige hengsten zowel als merries (PROK)."
In Hoefslag dd. 7-8-1997 pag.7 zegt Herman van der Scheer, KWPN-jurylid,
fokker en hengstenopfokker: "Zo betwijfel ik of de ingeslagen veterinaire
weg ons op termijn zoveel voordeel zal opleveren. We hebben de afgelopen
jaren veel Duits gefokte hengsten op de foto gezet. De resultaten daarvan
waren beslist niet minder dan van onze KWPN-produkten, waarvan de ouders
geröntgend zijn. Op de manier waarop we nu bezig zijn met de foto's
breken we net zoveel af als we hebben opgebouwd."
20 jaar geleden streden KWPN-gefokte paarden op wereldniveau in groten getale
mee om de eerste plaatsen, zowel bij springen als bij dressuur. Nu moeten
we al blij zijn als er ergens één KWPN-paard bij de eerste
10 voorkomt.
Het Europees Kampioenschap dressuur 1997 is hier een voorbeeld van. Het beste
resultaat leverde de KWPN-dekhengst Aktion met (schrik niet) een 24ste plaats.
De overeenkomst tussen de beste KWPN-paarden bij de Europese Kampioenschappen
dressuur dit jaar en de beste KWPN-paarden die 20 jaar geleden overal vooraan
eindigden is het grote percentage Gelders bloed.
Uit het momenteel heel kleine aantal paarden met nog aanwijsbaar Gelders
bloed komen nu nog onze toppaarden voort. Zie In de Strengen dd. 24-7-1997
pag. 15, waar echter over Gelders bloed wordt gezwegen. Daarom hier dezelfde
paarden weer in volgorde van de ranglijst bij de Grand Prix en met vermelding
van het percentage Gelders bloed:
24. Aktion 75 % 25. Bo 37,5 % 31. Spada 37,5 % 33. Dikkiloo 100 % 36. Chantor 25 % 40. Devereaux 81 % 46. Ramar 75 %
Het is logisch dat 20 jaar geleden toen het aantal paarden met Gelders bloed
veel groter was, de kans ook groter was, dat die paarden in de absolute top
vertegenwoordigd waren.
Het is echter schrijnend dat 30 jaar KWPN-rijpaardfokkerij nu zo'n achteruitgang
heeft opgeleverd. En vooral dat de fokleiding hieruit niet de konsekwenties
trekt. Het Gelderse bloed wordt nog steeds niet in ere hersteld en nog steeds
wordt het Gelderse genenreservoir vernietigd en met ander bloed sterk
verontreinigd.
Volgens de KWPN-hoofdinspecteur Van der Veen is nu bloedverruiming nodig
in de fokkerij van het Gelderse paard en hij wil dit bereiken door grote
aantallen hengsten met buitenlands bloed te accepteren voor de Gelderse fokkerij.
We hebben gezien waar dit in de rijpaardfokkerij toe heeft geleid.
Waarom investeert het KWPN niet enkele guldens in het laten dekken van de
paar nog aanwezige zeer oude Gelderse merries van de hengst Eufraat (de
topvererver als moedersvader van internationale dressuurpaarden) door bv.
de 75% Gelderse hengst Aktion (die internationaal presteert en dit ook blijkt
te vererven). Dat is bloedverruiming voor het Gelderse paard en echte
KWPN-prestatiefokkerij tegelijkertijd.
De strijd voor het eigen gelijk van de fokleiding mag toch niet zo ver gaan
dat alles daaraan ondergeschikt wordt gemaakt.
In de Strengen dd. 10 juli 1997. Röntgenfoto's sesambeentjes zeggen niet alles. Dit was al enkele jaren bekend, maar deze informatie was nog niet eerder aan de KWPN-fokkers medegedeeld. Hebt u overigens ergens van het KWPN of van de Faculteit voor Diergeneeskunde een klein excuusje gezien aan de fokkers en eigenaren van de paarden die ten onrechte naar de slager zijn gegaan of voor de dekdienst zijn afgekeurd?
In de Strengen dd. 10 juli 1997: CHIO Aken In de Grand Prix dressuur schitterden de KWPN-paarden Dakar en Dikkiloo. - Dakar wordt gepresenteert als oom van een niet-goedgekeurde rijpaardhengst met een zeer gemengde bloedopbouw. Dat Dakar zelf een 75% Gelders/Gronings paard is, is blijkbaar niet het vermelden waard. - Dikkiloo wordt gepresenteerd als tuigpaard, iets wat op zich juist is, maar in tegenstelling tot het huidige moderne tuigpaard voert Dikkiloo geen hackney-bloed en is het een zuiver Gelders paard, zoals ook het internationale dressuurpaard Amora, een volle zuster van de Gelderse hengst Galant, die een vergelijkbare bloedopbouw heeft. - Dat daarnaast het 20-jarige Gelderse paard Paledo nogmaals van stal gehaald moest worden om IJsbrand Chardon de vierspanwedstrijd te laten winnen, completeert de successen van het Gelderse bloed bij de wedstrijden in Aken.
De Paardenkrant dd. 26 juli 1997. Internationale dressuur te Nunspeet. Zowel de Grand Prix als de Kür op Muziek als de Prix St. Georges werden gewonnen op paarden met minstens 50% Gelders bloed. Naast deze paarden voerden ook de in de Grand Prix als vijfde en zesde geplaatste paarden minstens 50% Gelders bloed.
Wanneer worden fokkers en ruiters door het KWPN geattendeerd op de waarde van het Gelders/Groninger bloed voor goede sportprestaties?